Onderzoeken bij incontinentie

Als u op onze polikliniek komt met de klacht "urineverlies" is het zeer waarschijnlijk dat u een van de volgende onderzoeken moet ondergaan.

 

 

Uroflowmetrie

U zult gevraagd worden om, met een volle blaas en aandrang, te plassen in een speciale wc zodat een indruk verkregen wordt over de urinestraalkracht. Dit onderzoek heet uroflowmetrie, letterlijk vertaald: urinestraalkrachtmeting. Het is dan van belang om met een volume van minstens 150 ml. in de bak te plassen opdat er een goede indruk verkregen wordt. Lees meer in de folder.

Echo van de blaas

Met behulp van geluidsgolven krijgt de uroloog een beeld dat op een monitor zichtbaar wordt. Uw uroloog kan hierdoor meer informatie verkrijgen over de blaas.

Cystoscopie

Een cystoscopie is een kijkonderzoek in de blaas, uitgevoerd met een flexibele cystoscoop. Dit is een dun, buigzaam instrument met een camera op de tip van de scoop, waarmee een scherpe afbeelding van de plasbuis en de blaas verkregen wordt. De beelden worden op een monitor afgebeeld en u kunt dus tijdens het onderzoek meekijken. Lees meer in de folder.

Urodynamisch onderzoek (UDO)

Er kunnen klachten zijn waarbij het van belang is om wat meer te weten over de spierkracht van de blaas. Bij een urodynamisch onderzoek wordt deze spierkracht gemeten tijdens het vullen van de blaas en tijdens het uitplassen. Zodoende is te berekenen in welke mate een vergrote prostaat werkelijk het urinekanaal vernauwd.

Bij dit onderzoek wordt gekeken naar de eigenschappen van de blaas, waarbij vooral wordt gelet op het verloop van de druk in de blaas tijdens het vullen en tijdens het plassen. De duur van het onderzoek kan van patiënt tot patiënt aanzienlijk verschillen. Gemiddeld duurt het onderzoek een uur. Het onderzoek is niet pijnlijk. Voor het onderzoek hoeft u verder geen voorbereidingen te treffen. Het is wel belangrijk om, zo mogelijk, met een volle blaas te komen.

Voor het onderzoek mag u zo goed mogelijk uitplassen, een uroflowmetrie. Hierna wordt u naar een kamer gebracht waar het onderzoek zal plaatsvinden. Hier wordt u verzocht uw onderkleding uit te doen. De kleding van uw bovenlichaam mag u aanhouden. Ook mag u uw sokken aan te houden ter voorkoming van koude voeten.

U mag plaatsnemen op een speciaal voor dit onderzoek aangepaste stoel. Daarna wordt u in liggende houding gekanteld en wordt een dunne katheter (slangetje) in de blaas gebracht, om te controleren of de blaas dan helemaal leeg is. Hierna wordt deze katheter verwijderd en wordt een dunne katheter met twee kanaaltjes in de blaas geschoven. Via het ene kanaal wordt tijdens het onderzoek de blaas gevuld en via het andere wordt de druk in de blaas gemeten. Ook krijgt u een slangetje via de anus, vergelijkbaar met een thermometer. De slangetjes worden met de apparatuur verbonden en het onderzoek kan beginnen.

De blaas wordt gevuld in een zittende houding totdat u aandrang aangeeft. Aangezien het slangetje zeer dun is, kunt u langs het slangetje plassen. Het vullen van de blaas en uitplassen wordt meestal een 2de keer herhaald.

Indien u hulpmiddelen gebruikt (bijvoorbeeld incontinentiemateriaal, condoomkatheter, stomazakje, enz) is het handig om wat extra materiaal mee te brengen. De uitslag van dit onderzoek verkrijgt u via de uroloog. Lees meer in de folder.